nippon.reismee.nl

Op weg naar huis

M: Laatste dag vandaag alweer (Osaka). Wat ga je dan doen in een stad waar 1001 dingen te doen zijn? Kaart bestudeerd, gewikt en gewogen, besloten om naar het aquarium te gaan (M. wilde heel graag.) en daarna zouden we wel zien.

Eerst in het hotel een ontbijtje genuttigd en daarna uitgecheckt. Koffers in het hotel achtergelaten met de boodschap dat we tussen 6 en 7 terug zouden zijn. Station Namba (daar waar ons hotel ligt) is gigantisch en bestaat uit 6 verdiepingen boven en 4 verdiepingen onder de grond, die als een soort van reuzendoolhof met elkaar verbonden zijn. Overal zitten kleine winkeltje, en verder 3 metrolijnen, 3 treinlijnen en 12 buslijnen. Zoek daar je weg maar eens doorheen! Alleen in het station Namba kun je 2 dagen winkelen zonder je te vervelen. Na wat zoekwerk hebben we het Namba toerist information point gevonden, waar ze ons feilloos konden uitleggen hoe we bij het aquarium konden komen.

'Denk er aan, maximaal 2 uur!' zei E. toen we naar binnen liepen. E. is niet zo into fish ;-) Ik eigenlijk ook niet maar er zitten ook pinguïns, otters, dolfijnen en ander zeezoogdieren. Het aquarium was overweldigend mooi gebouwd, 8 verdiepingen hoog. De meeste tanks kon je vanuit meerdere verdiepingen bekijken, zodat je steeds een ander beeld en uitzicht hebt. Alle gebieden die aan de ring of fire grenzen zij hier vertegenwoordigd. Great barrier reef (wil ik nog graag gaan duiken, M.), mangrove, Japanse rotskusten, alles wat in en bij de zee leeft was er. De zeeotters, zeeleeuwen en de dolfijnen waren erg in trek, zowel bij ons als bij de duizenden andere bezoekers. Het is wel te merken dat de vakantie hier begonnen is. De hoofdattractie was toch wel het stukje grote oceaan. 54000 m3 water, midden in het aquarium. Verdeeld over 4 verdiepingen met wel 20 ruiten om doorheen te kijken. En wat was er veel te zien! Manta, tonijn, hamerhaai, rog, white tip, black tip, napoleon baars en nog veel meer, waar ik de naam allemaal niet van ken. Maar het mooiste was toch wel de walvishaai. 12 meter lang, 2 meter breed, maar zo gracieus, volledig op zijn gemak, glijdt hij door het water. Soms komt hij zo dicht bij de ruit dat je hem denkt te kunnen aanraken (kippenvel!)

Na het aquarium een echte Japanse speelhal bezocht. Lachen, gieren, brullen daar. In zo’n Japanse speelhal kun je een hele school kinderen zich een hele dag laten amuseren met bijna alleen maar dingen die je hier niet snel zult vinden. Zo staat er een machine die je foto neemt en waar je dan zelf die foto kunt bewerken volgens de laatste mode. Gezicht bleken, alle oneffenheden wegwerken totdat je perfect bent en een soort waslaag toevoegen totdat er een bijna plastic gezicht overblijft, ultra lange en volle wimpers, volle roze glimmende lippen en niet te vergeten prefect ronde roze blosjes op de wangen. En verder veel actie spellen zoals paardenrennen op een scherm van 10 meter breed, boksen, gewicht heffen, basketballen en heel, heel veel schietspellen in 2D, 3D en 4D.

Nog net voor we terug gingen naar Namba heb ik me laten verleiden door een heel hoog reuzenrad 112,5m. E. durfde natuurlijk niet, duuhhh. Geweldige uitzicht over Osaka. Een rondje duurde maar liefst 16 minuten en was echt wel de moeite waard.

Daarna teruggegaan naar Namba om te winkelen. Eindeloos gedwaald door de vele kleine winkeltjes. Zelfs na zoveel al gezien te hebben in Japan blijf je je hier constant verbazen over wat ze verkopen. Zo werd er in een snoepwinkeltje naast allerlei zoetigheid ook gevriesdroogde inktvistentakels en gegrilde vissenschubben verkocht. Van de helft van de producten weten we trouwens nog steeds niet wat het is, dus je kunt er alleen maar naar raden.

Uiteindelijk na lang zoeken het hotel teruggevonden en naar het Kansai Airport hotel gegaan, voor onze laatste nacht in Japan.

E: Leuke laatste dag gehad inderdaad. Zelfs in een overvol aquarium heb ik mij niet één keer gestoord aan iemand. Als er iemand wegging bij het glas, nam de persoon erachter gewoon zijn plek in, enzovoorts. Zonder voor te dringen, zonder elkaar aan te stoten, zonder irritaties en ongeduld, zonder brullende en zeurende kinderen en zonder stemverheffing en geschreeuw. Dat zal in Nederland wel weer heel erg wennen worden! Het zit niet in onze cultuur om zo met elkaar om te gaan, we zijn bang dat anderen de kaas van ons brood eten.

Ik was graag nog wat langer in Japan gebleven. We zijn in elk geval blij dat we dit land hebben kunnen zien. Alle clichés zijn vreemd genoeg bevestigd en vermengvuldigd met factor 3. Misschien over een tijdje geheel tegen onze principes nog eens terug? Om de kersenbloesem te zien in mei bijvoorbeeld? Ach ja, wie weet!

Wanneer je goed kijkt

bloeit er een herderstasje

onder de heining.

(Haiku van Matsuo Basho)

Miyajima en Osaka

M: Vandaag de dag begonnen met een traditioneel Japans "ontbijtje". Net als gisteren konden we erna naar buiten rollen. Ik telde maar liefs 5 verschillende gerechten met een vorm van zeewier erin. Weer een fondue, maar deze keer een lichte variant met noodels, zeewier, ei en groente in bouillon. Hard gekookte eitjes, vis (natuurlijk), miso-soep (ook met zeewier), lotus, zeekraal (Japanse variant ervan tenminste) en een stevige portie rijst. Wat een overdaad. Na het eten de koffers in gepakt en uitgecheckt. De eigenares had een vitrinekastje vol met souverniers van gasten staan. Helaas zaten er al een paar klompjes in, dus hebben we een Delfts-blauw molentje achter gelaten, klompjes en poetsdoekjes met oudhollands motiefje. Met de koffers veilig in de ryokan, zijn we gaan sightsee-en. Knalrode 5-storie pagode en shrine met bijbehorende beroemde tori. Toen we daar even zaten bij te komen in de schaduw (natuurlijk weer bloedheet) werd ik "aangevallen" door 2 herten. Voor ik er erg in had, was ik de hoek van mijn kaart kwijt. Ook mijn blouse-je en mijn broek zagen er blijkbaar smakelijk genoeg uit om te proberen er een hap uit te nemen. En in plaats van te helpen stond E. alleen maar te lachen en foto's te knippen. Pas toen de kaart veilig opgeborgen was en ik hard genoeg duwde tegen het gewei, gingen ze verder om andere toeristen lastig te vallen. De herten hier gedragen zich meer als straathonden dan als herten. Daarna nog even lekker op souvenirjacht gegaan in de winkelstraat. Het was een succesvolle jacht! Erg leuke winkel met alleen maar chopsticks gezien, die ze graveren met je eigen naam. E. wilde persé de shinkansen chopsticks hebben. E. is echt wild van alles wat met de shinkansen te maken heeft. De fascinatie ontgaat mij een beetje (het is gewoon een snelle trein) maar ik laat haar maar. Als lunch de specialiteit van Hiroshima en Miyajima gegeten, okonomiyaki. Alles met yaki erin is hier heerlijk. Beetje moeilijk te omschrijven wat het is. Maar het is een kruising tussen een goed gevulde hartige pannenkoek, een noodel gerecht en een gebakken ei met spek,dit alles overdekt met een heerlijke soy saus (zie foto) Na de lunch met de ferry, het boemeltreintje, de shinkansen en de metro naar Osaka gereisd. Echt super gewoon, zo stipt, zo makkelijk en zo schoon, geen gezeur, geen stress en lekker allemaal MET airco. In nog geen 3 uur tijd in 4 verschillende vervoersmiddelen een dikke 400 km afgelegd, geweldig toch. Moet je bij ons eens proberen. Als in Nederland het openbaar vervoer zo goed geregeld was als hier, deed ik mijn auto weg. Lekker met de metro naar mijn werk en met de shinkansen naar Tilburg. (toekomst muziek) Ons hotel ligt 20 m van het station af en is weer geweldig uitgezocht door E. Deze keer hebben we meer een appartement maar dan wel met alle luxe van een hotel (zeepjes, shampoo, crèmespoeling, bodylotion, kammetje, naaisetje, 6 verschilende maten handdoeken enz. enz. enz. Je kent het wel) Maar dan tegelijkertijd met dingen als een een complete eetset, bestek (oosters en westers) fornuis (met pannen en ketels), messen blok, afdruiprek, CD en DVD speler. En als klap op de vuurpijl een wasmachine die tevens ook een droger is. Waarom hebben wij in godsnaam een aparte wasmachine EN een aparte nieuwe droger gekocht vorig jaar? F*ck Miele, ik wil ook een Sharp ion SV20q. Ik kon het natuurlijk niet laten en terwijl ik dit blog schrijf hoor ik op de achtergrond de wasmachine zachtjes draaien en krijgt E. eindelijk weer een schone spijkerbroek...

Zon, zee, zand

Perfect verwendagje gehad vandaag. Vanuit Hiroshima de trein naar Miyajima-guchi genomen, waar de ferry vertrekt naar het eiland Miyajima. De meeste toeristen die er komen zijn Japanners en het is een plek waar veel bruidsparen komen. ’s Avonds gaat de ferry niet, dus je moet op het eiland overnachten of op tijd weer vertrekken naar het vasteland. Wij hadden een overnachting geregeld in een ryokan, een Japanse herberg, waar je zelf je bedje moet bouwen van matjes. Aangekomen in de ryokan werd ons door de eigenares verteld waar alle highlights te zien waren en hoe laat het hoog- en laagtij was om de wereldberoemde floating tori te fotograferen. Maar bij het zien van het idyllische eiland vanaf de ferry hadden wij onze zinnen gezet op een relaxt dagje strand, met daarna nog wat culinaire highlights en misschien nog wat fotootjes van de tori. Even lekker rustig aan na al dat gereis! En het was 34 graden, dus niet echt sightseeing-weer. De heer des huizes bood vrijwillig aan om ons naar het strand te brengen, dus dat kwam mooi uit. Het zette ons af bij de ingang, waar een piepklein winkeltje zat met elementaire strandbenodigdheden: handdoeken, zwembandjes, bier en fris, snoep en kleine hapjes. Het strand was niet heel groot, maar we hoefden het dan ook maar te delen met ongeveer 15 Japanners (met badmuts en zwemrokjes, haha). De vakantie is hier nog niet begonnen, dat scheelt. Lekker gezwommen en veel schaduw opgezocht. M. was druk met haar luisterboek op de iPad en haar cola zero. Ik was druk met mijmeren, zwemmen tussen de toekomstige sushi en mijn bier… Aan de overkant van het water rees de stad op, met daaronder drukke metrogangen en salary-men die zich naar hun werk spoedden. Daarachter lagen bergen, begroeid met naaldbossen en meren. Daar nog achter, veel verder, lag Holland… Mooi vlak land met drukke, soms nukkige mensen, thuisland, geboorteland! Mijn mijmeringen werden zo nu en dan bruut verstoord door de loslopende herten, die zo tam waren dat ze je kwamen besnuffelen en je kleding aanvraten als je niet uitkeek. Zo gaat een middag snel voorbij. We gingen terug naar de ryokan en daar kregen we uitleg over het dragen van de yukata (noemen wij kimono) en de onsen (noemen wij badkuip). Voor het avondeten moesten we namelijk verplicht in bad en daarna in yukata aan tafel. De gastvrouw legde alles vriendelijk doch gedecideerd aan ons uit. Geen vuile Hollanders aan tafel! De onsen is een bassin van natuursteen van 2 bij 3 meter dat tot aan de rand gevuld is met heet mineraalwater. Daarnaast is een ruimte met krukjes en douches. Het is de bedoeling dat je je inzeept en wast op één van die krukjes en dat je je daarna grondig afspoelt. Pas als je schoon bent, mag je in de onsen. Braaf wasten wij ons op de krukjes, blij dat we ons privé-onsen hadden die af te sluiten was. Om je daar nou te gaan wassen in het bijzijn van twintig nieuwsgierige Japanners… Toen we schoon en wel in de onsen stapten, veroorzaakten we een mini-tsunami in de aangrenzende ruimte, wat volgens mij wel de bedoeling was, want er was een flinke afvoergoot en alle schuim spoelde netjes weg. M. wilde meteen ook zo’n badderruimte thuis of in het eventuele nieuwe huis, maar het lijkt mij toch niet zo praktisch. Wel handig als je vuile hondjes moet douchen, hup in de onsen en klaar. Maar ja, wie maakt dat daarna schoon? Na het gebadder de yukata geprobeerd. Ik had gelezen dat de delen links over rechts dicht moeten (andersom is voor een begrafenis), dus dat netjes gedaan en het bijpassende overgeval ook aangedaan. We lagen in een deuk! De yukata was voor mij veel te lang was en ik viel er bijna over omdat ik een paar Japanse sandalen aan had. Liep ik met een dienblad vol met onze eigen kleding voorop de trap op, brak ik bijna mijn nek! Voor M. was de yukata een beetje krap, waardoor ze een décolleté had dat voor Japanse begrippen toch wel wat aan de Hollandse kant was. De gastvrouw moest er wel om lachen en zei dat wij bij het avondeten de enige gasten waren en Formie-ietsokeej! En zo gingen we dus aan tafel. Hadden we make-up op moeten doen en ons haar helemaal droog moeten föhnen? Wel of geen horloge of sieraden bij een yukata? Droegen we onze yukata wel goed? Moest deze outfit ook weer aan bij het ontbijt? Konden we morgen wel gewoon douchen? Vragen, vragen vragen… De ryokans staan bekend om hun authentieke maaltijden. In onze ryokan was de heer des huizes kok en dat hebben we gemerkt. Nog nooit zo vreemd gegeten. De helft van de tijd geen idee wat op ons bord lag. Vijftien gangen? Vreemde vissoorten, gebakken en rauw, congereel, hiroshimabeef, verschillende soorten sojasaus, wasabi, zeewier in minstens tien verschillende soorten… Pfffff!. Bij elk gerechtje kregen we instructies, waardoor duidelijk werd wat de goede combinaties en volgordes waren. De saké vloeide rijkelijk; haihaihai als je yukata maar goed zit! Na het eten nog gaan kijken naar het meest gefotografeerde object van Japan: de floating tori van Miyajima. Het was eb, dus je kon er naartoe lopen en hem aanraken. Enorme floodlights waren op het ding gericht en dat was wel handig. Je moet een paar steile trappen af en loopt dan door een laagje water de zee in. Met zo’n stevige maaltijd en fink wat saké achter je kiezen kan een extra lampje in het donker geen kwaad. Daarna op de tatamimatjes in de ryokan een bedje gebouwd van matjes en dekens en heerlijk in slaap gevallen terwijl de maan door de rijstpapieren luiken scheen.

Hiroshima, mon amour...

E: Vanmorgen vertrokken uit Kyoto, op weg naar Hiroshima met de shinkansen. Overgestapt in Shin-Osaka en daarna in ruim twee uur naar Hiroshima gereisd. M sliep in de trein en ik kon haar nog net op tijd wakker maken om op het juiste station uit te stappen.

Hiroshima is veel kleiner dan Tokio en Kyoto en dat merk je op het station meteen. Veel minder mensen, maar Amsterdam CS valt er nog steeds bij in het niet. De mensen zijn een stuk minder hip gekleed dan in Tokio. De gebouwen zijn erg modern, maar hier is alles natuurlijk weer opnieuw opgebouwd na de Tweede Wereldoorlog en er is zo goed als niets bewaard gebleven. 200.000 mensen kwamen hier in 1945 om door een atoombom en de radio-actieve as die neerdwarrelde. Vreemd eigenlijk dat Kyoto helemaal geen schade heeft opgelopen in de oorlog. Ons hotel in Hiroshima ligt op 2 minuten lopen van het station en dat was natuurlijk wel handig. Aangekomen in het hotel wachtte ons een verrassing. We dachten dat we het halletje binnenstapten, maar dit bleek de hotelkamer te zijn. Deze kamer is ongeveer 4x4m, maar wel heel hightech, met (alweer) alles erop-en-eraan. Kan Ikea nog een puntje aan zuigen met hun less-is-more-campagne! Even wennen was het wel na het verblijf in de balzaal in Kyoto! Ruimte schijnt goud waard te zijn in Japan en dit hotel kostte ongeveer de helft van dat in Kyoto en Tokio, dus dat verklaart een hoop. Maar we verblijven hier maar één nacht, dus het komt wel goed. Kunnen we in elk geval niet teveel troep maken…

Vanmiddag geen tijd verspild en meteen per taxi naar het Peace-park gegaan. Bomb Memorial bezocht, alweer een monument dat op de World Heritage-lijst staat. De ruïne is ondertussen een aantal keer gerestaureerd, wat natuurlijk wel een beetje vreemd is voor een ruïne. Weinig mensen daar, misschien op het hele terrein 50 bezoekers. En dan te bedenken dat op een doordeweekse dag in Overloon busladingen mensen gedropt worden. Hoe komt dat toch, dat er nergens toeristen zijn in Japan? Is het de angst voor aardbevingen of ander natuurgeweld? De taal die weinig buitenlanders spreken? De torenhoge prijzen (glas cola of water ca. 6,50 euro)? Laten we het erop houden dat Japan gewoon nog niet ontdekt is door de massa. Jammer, want hier is zo veel te zien, te ontdekken en te leren!

Daarna de andere monumenten bekeken en op weg gegaan naar het kasteel van Hiroshima. Dit is een Middeleeuwse burcht die natuurlijk ook vernietigd is door de bom en in de jaren zestig is herbouwd. Binnen een tentoonstelling over de Samoerai. Je kon je daar verkleden als Samoerai en dan foto’s maken, wat natuurlijk weer een paar hilarische tafereeltjes opleverde.

Daarna nog even gesproken met een paar Japanners die dachten dat wij Duitsers waren. Ik zei nl. tegen M: Let jij op mijn tasje? toen ik naar de WC ging. Die mensen hadden een tijdje in Frankfurt gewoond en vonden het leuk om met ons Duits te praten. Uiteindelijk werd het een mengelmoes van Duits, Engels, primitief Japans en handen- en voetenwerk. Weer een paar Hollandse klompjes uitgedeeld, waardoor de dame in verlegenheid was gebracht. Ze liet ons als dank op haar mobiel de foto’s zien van haar kleinkind. Gelukkig had ik in een reisgids gelezen dat het een grote eer is als een Japanner foto’s laat zien van zijn familie, anders had ik het een vreemde actie gevonden…

Morgen naar Miyajima, waar we slapen in een Japanse ryokan. Ik denk niet dat daar een internetaansluiting is, dus waarschijnlijk volgt de volgende bijdrage voor dit blog pas weer op zaterdag, als we in Osaka zijn. Sayonara!

Johnny Walker

E: Nee, dit keer gaat het –anders dan de titel van dit stukje misschien doet vermoeden- niet over Highballs… Johnny (Hill)walker is de bijnaam van een 72 jaar oude Japanner, met wie wij vandaag een wandeling van zes uur maakten. Arme Hollandse voeten…

Johnny wandelde met ons naar enkele verborgen tempels in Kyoto.

Erg mooi en indrukwekkend was het wel allemaal. We woonden een Boeddhistische begrafenisplechtigheid bij. Op tatami-matten zagen we hoe nabestaanden (in het wit gekleed) wierook brandden voor de overledene, waarbij een soort mantra’s gezongen werden.  We bezochten ook verschillende Shinto-heiligdommen. Het shintoïsme is een natuurgodsdienst en wordt in Japan het meest aangehangen. Bij het shintoïsme worden diverse natuurgoden aanbeden die de vorm aannemen van bijvoorbeeld stenen, wolken of bloemen.  De Japanners zeggen dat het Boeddhisme de godsdienst is voor de overledenen en het shintoïsme de godsdienst voor de levenden. De meeste Japanners zijn dus shintoïst, maar tegelijkertijd ook boeddhist.

In de bibliotheek van Kyoto zijn we met Johnny in een afgeschermd hoekje op de grond gaan zitten en daar heeft hij van alles verteld over religie, politiek en samenleving. Met enkele andere reizigers (voornamelijk Amerikanen) zaten we daar dus ingespannen te luisteren naar de oude man die in gebrekkig Engels zijn best deed om ons iets bij te brengen. Ik zat heerlijk achterovergeleund te luisteren, maar mijn ogen werden toch wel erg zwaar. Tegenover mij zat een Amerikaan zacht te snurken en ik zag nog enkele mensen knikkebollen… Tja, de hitte speelt ons niet-Aziaten parten en reizen is een vermoeiende aangelegenheid.

Johnny leidde ons daarna richting het oude geisha-hoofdkwartier, dat inmiddels niet meer bestaat. Er komen steeds minder geisha’s omdat hun beroep niet meer zo in trek is.  In elk geval werd ons wel duidelijk dat zij in heel hoog aanzien staan in de Japanse samenleving. Ze leren en studeren levenslang en ze worden gezien als het toonbeeld van beschaving en wellevendheid.  In het Westen hebben wij een heel ander beeld van deze dames! Alhoewel ik onlangs de film Memoires of a Geisha nog eens gezien hebt en dat klopt vrij aardig met het beeld dat Johnny schetste.

Daarna sushi, Japanse thee en koekjes verorberd en verder gelopen richting Gion. Daar namen wij afscheid van Johnny. Uiteraard hebben we hem ook bedankt met een paar oer-Hollandse klompjes en hij leek er erg blij mee. Senkjoeverriemutch! Fooien geven is hier uit den boze, dus dan maar zo.

Op eigen gelegenheid daarna de Kiyomizu tempel bezocht. Erg mooi, zoals alle tempels hier. Je wordt er na een paar dagen een tamelijk melig en blasé van. Taxi genomen naar de wijk Gion, omdat we gehoord hadden dat de Geisha’s (of eigenlijk de leerling-geisha’s, de Maiko’s) tussen zes en zeven uur ‘s avonds op weg gaan naar hun werk. Ze doen er alles aan om niet gezien te worden en willen absoluut niet gefotografeerd worden. Maar wij nemen natuurlijk geen genoegen met zo’n foto van een nep-geisha die een showtje opvoert voor toeristen!

Als volleerde paparazzi’s stelden wij ons in een hoekje in Gion strategisch op om tien minuten voor zes. Blijkbaar vielen we toch wel op, want een Chinees vroeg aan mij waar hij het beste Geisha’s kon spotten en hoe laat. Daarna nog enkele verdwaalde toeristen die steeds aan ons vroegen waar ze moesten zijn. Wij: We don’t know exactly! Reactie: Oh! You’re not from here? Ja deuh, zie ik er zo uit dan? Ik ben wel donker en met een zonnebril op zie je niet dat ik geen spleetogen heb, ik heb een canon-camera en ik mag dan dol zijn op sukiyaki, yakitori, teppanyaki, sushi en sashimi, maar ik heb niet het postuur van de gemiddelde Japanner.  Maar we waren wel de eersten die om kwart over zes een geisha spotten. Snel en behendig schreed zij in vol ornaat op haar Japanse sandalen naar haar werk. Flits! Geen reactie. Flits, flits, flits, en de dame ging onverstoorbaar voort. Een kwartiertje later zagen we nog een geisha. Ze kwam de straat in en daar stond inmiddels een rijtje toeristen haar op te wachten. Maar ze bedacht zich geen seconde en liep snel door.  Na twee geisha’s hielden we het voor gezien en zijn we wat gaan eten bij … de Indiër.  Tja, na alle Japanse clichés te hebben gezien wil je weer eens wat anders! 

 

M: Vanmorgen kwamen we erachter dat we weer eens mazzel hebben gehad. Gisteren is ons een paar keer gevraagd waar we van afkwamen en of we "HET" al gehoord hadden van de tyfoon.   Haai, Holaanda,Hai.       Wat bedoelen ze toch? Er zijn toch geen tyfonen in Nederland? Opmerkingen maar gewoon genegeerd, veel informatie gaar namelijk verloren in de vertaling.....dus...Niets vermoedend vannacht naar bed gegaan, met op de achtergrond een stevig onweertje. Daar slapen we altijd lekker van. 

Vanmorgen bleek waar al de heisa voor was. Een tyfoon (windkracht 12) zou recht op Kyoto afkomen, maar is op het laatste moment (vannacht) afgebogen naar Tokyo! Op sommige plekken lagen zelfs zandzakken voor de deur.  Zit je in een aardbeving veilig hotel, wordt je bijna weggeblazen. Gelukkig hebben we er niets van gemerkt.

De tour met Johnnie was erg leuk en leerzaam, maar ook erg vermoeiend. Zoals E. al zegt, compleet tempel moe na 3 dagen tempels kijken. Ze zijn nog steeds allemaal mooi en ik knip ook steeds braaf overal foto's van maar ik kan het niet meer opbrengen om van elke tempel nog te proberen om het verhaal er achter te onthouden. Het zijn er gewoon te veel.  Met vandaag erbij zijn we in meer dan 15 tempels, shrines en castles geweest.  Dat klinkt niet veel maar bij elk van die dingen hoort een geschiedenis (wanneer gebouwd?, door wie?, voor wie?) een doel,  een functie, bouwstijl, tijdperk en bijzonderheden.  Zo was er vandaag een shrine voor het hoofd (om slimmer te worden), Allebei natuurlijk meteen geld geofferd. Een shrine voor vrouwen (weer geld geofferd) en een shrine voor de algehele gezondheid. (ja, hoor weer ...) En dan waren er nog 4 tempels, alle 4 boehdistisch, 1 was er gebouwd door een keizer, En de rest...? Er zaten twee hele mooie bij...maar hoe ze heten?   

Het Geisha's spotten was wel erg grappig. Je moet op de goede plek staan op de goede tijd. Ik moest de hele tijd denken aan Zuid-Afrika, in het Kruger park. Toen zaten we ingespannen te turen of we wildlife (leeuwen, cheeta's) konden spotten en natuurlijk konden fotograferen. Alleen 2 jaar geleden bewoog de auto en zat het wildlife stil. Terwijl nu het "wildlife" rondliep en wij stil en verscholen stonden te wachten.  De overeenkomst was onmiskenbaar en de rush van de (foto)jacht was er weer. Goed gejaagd vandaag! 

 

 

Gouden paviljoen en namiddag in Nara

Vanochtend dan eindelijk toch het GoudenPaviljoen bezocht. Goede bus genomen en in één keer goed gereden. Handig zo’n busplattegrond!

Het Gouden Paviljoen stelde niet zoveel voor. Mooi om te zien, maar de binnenkant kon je niet bekijken en het regende flink. We hadden ons maar wat graag in de tempel verschanst. Maar na de eerste tempel waren we dus al drijfnat. Misschien zijn we ondertussen ook wel wat tempelmoe…

Rioanji bezocht, een Japanse tuin met de bekendste zen-tuin ter wereld. Vijftien rotsen in een perk met grind. De bedoeling is dat je er rustig gaat zitten en dan zou je telkens op andere gedachten moeten komen. Dat heb ik uiteraard gedaan en ik dacht aan Venlo aan de Maas, maar verder kwam ik helaas niet omdat enkele Spanjaarden nogal luidruchtig bezig waren om de brochure van het Engels naar het Spaans te vertalen. Muchas gracias! Weg zen-gedachten, weg mijmeringen… Misschien is het wat voor thuis, zo’n tuin. Maar vervolgens bedacht ik me weer dat Nanuq waarschijnlijk haar eigen kunstwerkjes in het vulkanisch grint zou achterlaten en om het perkje nou met kattenbakkorrels te gaan vullen… En ik maar harken! Niet zo zen!

’s Middags zijn we naar Nara gegaan met de trein. Er was geen tijd meer voor een echte lunch en we moesten de trein halen, dus we hebben een hotdog gekocht op het station en die in de trein opgegeten. Oei! Japanners eten en drinken niet in openbare gelegenheden, dus dat leverde enkele veelbetekende blikken op. Geen boze blikken, want boos worden is gezichtsverlies. En staren is ook not-done. Het waren meer terloopse blikken waaruit onbegrip en afkeuring spreekt. Schuldig maar voldaan kwamen we aan in Nara.

In Nara hebben we nagevraagd hoe ver het lopen was naar de hoofdtempel. Bleek 5 kilometer te zijn, volgens de Japanners goed te doen dus. Wij toch maar een taxi genomen omdat we vanmorgen al een heel eind gelopen hadden en uitgelegd waar we heen wilden. We werden afgezet bij de hoofdingang en zijn toen verder gaan lopen. En Nara was prachtig! Je waant je in een andere tijd en het landschap is betoverend mooi. We kwamen heel weinig toeristen tegen en je mag overal komen. Geen vreemde afzettingen, linten of kitscherige lampjes; alles ligt erbij zoals het eeuwen geleden was. We vergaten zelfs zo nu en dan dat het regende.

Op de terugweg het boemeltje terug naar Kyoto genomen, omdat de rapid pas drie kwartier later kwam. Ook hier weer een nieuw trucje geleerd: als je de rugleunig van de zittingen beetpakt, kun je ze van richting veranderen! Zo kun je van een vierpersoonsplek een tweepersoonsplek maken en andersom. Kwamen we toevallig achter, leek in eerste instantie op een Hans Klok-truc. Wel heel handig! In de trein heerlijk geslapen en gedroomd van tempels en schrijnen, lotusvijvers en Japanse krijgers en voor we het wisten waren we in anderhalf uur tijd terug in Kyoto.

In het station gegeten. Dat klinkt ongezellig, maar dat valt mee; er zijn wel 100 restaurants die her en der op het enorme station verscholen zitten. Stuk of zes gerechtjes besteld en daar met z’n tweeën van gegeten. Ik was het lichtje op tafel aan het bestuderen en ik vroeg me af waar het knopje aan de bovenkant voor diende (dacht dat er een led-lampje in zat). Ingedrukt uiteraard, bleek het de bel te zijn voor de serveersters. Die kwamen in shinkansen-tempo met z’n vieren aanrennen om ons te bedienen, dus nog maar een pruimenwijn en een Japanse highball (bier met Jack Daniels) besteld. En daarna al jodelend de zaak uitgerold! Haideladiehai!

M: Ik wil iedereen bedanken die een berichtje achterlaat op het forum. Hierdoor weten we dat we het blog niet voor niets bijhouden ;-) En het stimuleert extra om elke dag iets achter te laten.

Op de dagen dat ik niets schrijf op het digitale blog werk ik ons (ouderwetse) papieren dagboekje bij. Met daarin een overzicht van wat we doen aan de hand van rekeningen, folders, entree kaartjes, plattegrondjes en alles wat we zo nog meer aan papierzooi kunnen bemachtigen. En hierbij nodig ik iedereen uit om als we weer in Nederland zijn foto's te komen kijken en door het dagboek te komen bladeren, Als je daar zin in hebt, natuurlijk.

Tiggie (en Wollie) op TempelToer.

E: In Kyoto moet je keuzes maken. Er liggen hier honderden tempels verspreid over alle delen van de stad, sommige met tempelcomplexen en tuinen en je zou zeker een jaar lang elke dag bezig zijn om ze allemaal te bezoeken. Gisteravond dus nog maar eens goed naar onze planning gekeken en besloten dat we de Fushimi Inari-Taisha Shrine (wilde ik per se zien), Nijo castle (wilde M. per se zien), de Ninnaji tempel, de Ryoanji tempel en de Kinkakuji tempel best op één dag konden doen en dan misschien ’s avonds nog naar Gion konden gaan om wat geisha’s te spotten.

Dus vanmorgen met de trein richting Nara gegaan en uitgestapt op station Inari. De weg naar het heiligdom leidt vanaf het station de bossen in. Overal heeft men rood met witte stalen palen met feestverlichting vastgezet, ziet niet uit! Maar de wandeling werd beloond met een paar prachtige tori-gangen en mooie tempels. Helaas begon het een beetje te regenen, maar gewijde plekken genoeg om te schuilen. Bij de splitsing van twee tori-gangen werden wij spontaan op de foto gezet door een Japanse vrouw, die we als dank een Delfts-blauwe koelkastmagneet gaven. Daarna kregen wij uiteraard haar visitekaartje dat wij (Arigato gozaimas!) met twee handen aannamen, naar goed Japans gebruik. Ze heette mevrouw Suzuki (stereotype, ja) en sprak perfect Engels. We raakten in gesprek over Holland en Japan, ze vond onze reisplannen geweldig en we ontdekten dat we allemaal teachers waren. Zij was professor of Aesthetics aan de university van Hiroshima, soooo! Nou ja, verschil moet er wezen! In elk geval was ze vrijdag weer in Hiroshima en ze bood aan om ons daar rond te crossen om ons alle highlights te laten zien. We weten nog niet of we dat gaan doen, maar het is in elk geval leuk aangeboden. Geeft maar weer eens aan hoe gastvrij en open de Japanners zijn…

Daarna teruggegaan naar het hoofdstation in Kyoto en de bus genomen naar het kasteel van Nijo. Mooi kasteel dat vroeger de zetel was van de eerste shogun. Een flink eind gelopen, maar intussen begon het toch weer flink te regenen, dus we zijn snel de bus in gegaan op weg naar de Kinkakuji temple, beter bekend als het Gouden Paviljoen. Dit is dé trekpleister van Kyoto, dus dat moet je gezien hebben.

Op de bus stond Ginkakuji, dus we dachten dat we de goede kant op gingen. Maar je raadt het al: dat was niet het geval. Kwamen we na een uurtje achter (ik was halfnat zo’n beetje in slaap gesukkeld en M. keek ook erg wazig). Buschauffeurs moesten onderling erg lachen om die domme toeristen en wezen ons de weg naar een ander bus. Hai hai!

Maar deze bus kwam ook weer in the middle of nowhere uit. Weer uitgestapt, steeds natter en uiteindelijk een taxi aangehouden en met handen en voeten duidelijk gemaakt dat we naar Kinkakuji-tempel wilden. Daar waren we binnen een kwartier. Door de stromende regen en inmiddels zeiknat naar de ingang gelopen en toen … was het gesloten. Zen! Het begon al te schemeren en we waren toch wel flink teleurgesteld dat onze ambiteuze plannen letterlijk in het water vielen…

Bus genomen richting het station en dus richting het hotel en onszelf daarna verwend op een luxe schaal sushi met sake. Hupsaké! Nu lekker in een warm bad en dan morgen verder op tempeltoer door Kyoto.

M: Nu zijn we het ook natuurlijk wel een beetje zelf schuld dat we onze doelen niet gehaald hebben.. Gisterenavond tot half 2 (in de nacht) plannen gemaakt. Hier wel, daar niet, of toch zo, NEE niet daar, wel daar enz. Iedereen die ons een beetje kent weet dat het uren kan duren voordat we het eindelijk eens zijn, Met als gevolg dat we pas om 10 uur op stonden en om half 12 van de kamer afkwamen. Kwartiertje zoeken, kwartiertje wachten en om 12.03 de trein. 13.15 de trein terug na ruim een uur door de Fushimi Inari-Taisha Shrine te hebben gewandeld. Dit herhaald zich dan voor Nijo castle maar de weg ernaar toe en terug zijn een stuk langer. En ook het zoeken duurde langer. Waar koop je een kaartje voor de bus? Resultaat: om 4 uur terug op station. DE temple, HET hoogtepunt, ligt het verste van het station af zeker 40 minuten met de bus en dus eigenlijk een onhaalbare kaart als die om 5 uur sluit, wisten wij veel L

Al die regen hielp natuurlijk ook niet mee. Het weer van de afgelopen dagen, 35 graden en volle zon is niet fijn. Je hebt het constant warm, je kleren plakken van het zweet maar je krijgt super mooie foto’s. 29 graden en regen is pas echt vervelend, je hebt het nog steeds warm, je kleren plakken 2x zo hard (van het zweet en van de regen) plus de foto’s zijn meteen een stuk minder mooi. Dus hopelijk morgen weer vol zon!

De sushi was het lekkerste (en het duurste) die ik ooit gehad heb. En dat was een goede pleister op de tegenvallende shrine dichtheid van vandaag. Morgen gaan we het nog eens proberen. Deze keer MET een bus route kaart, zon? en vol goede moed. Kinkakuji here we come!

Met de shinkansen naar Kyoto

E: Geen wekker gezet, wakker geworden om 10.00 uur! M. Snel wakker gemaakt (was nog diep in dromenland). Stress, want check-out was om 11.00uur en we moesten nog alles inpakken. Ongelooflijk hoeveel troep je in 5 dagen kunt maken! Daarna nog even door Tokio gestruind. Laatste winkels bezocht, laatste boodschappen gedaan en een cadeautje achtergelaten in het hotel voor M.’s grote vriend Ohtsuka.

Om kwart voor twee waren we op het hoofdstation in Tokio en de shinkansen (hogesnelheidstrein) naar Kyoto stond al klaar. Daar was een hele poetsploeg bezig om de hele trein te reinigen: vloer vegen, stoelen stofzuigen, dekjes op de stoelen verwisselen, etc. Wat zijn die Japanners toch gehecht aan properheid! Overal staan pompjes met desinfecterende sprays en in de restaurants krijg je steeds vochtige doekjes. Heel anders dan in andere Aziatische landen… De trein was dus in elk geval keurig schoon en vertrok uiteraard stipt om drie minuten over twee. Doeidoei Tokio, ik hoop hier ooit nog eens terug te komen. Wat een geweldige stad!

De treinrit naar Kyoto was perfect. We hadden zitplaatsen gereserveerd en zoefden met een snelheid van ruim 200 km/u in tweeëneenhalf uur onder het genot van een hapje en drankje richting Kyoto.

Ons hotel in Kyoto bevindt zich boven het futuristische station en dat was dus ook weer goed geregeld. Ik wil jullie niet jaloers maken, maar wil toch even melden over welke gadgets/faciliteiten wij nu weer beschikken… Verwarmde toiletzitting (graden instelbaar) en toilet met alle eerder genoemde opties, dimbare designverlichting, hd-tv met verlichting, inklapbare haarborstels en kammen, make-up remover, facial wash, zeep in futuristisch bakje, bodysoap, haircleanser, hairtreatment, ionische föhn, tandenborstel met pasta, badkamerklok, haarelastieken, wattenstaafjes in wit en zwart mét krabfunctie, scrubhanddoeken, sloffen met logo van het hotel, kimono’s met logo, high-speed internet, The teachings of Buddha en Het nieuwe testament in het nachtkastje, zwart pluchen vloerbedekking, uitzicht op de stationshal en de mensen die de shinkansen in- en uistappen, zeven restaurants en vier bars, een zwembad, een Turkse hammam, een fitnessruimte en lat-but-not least een broekenpers. Die laatste is al in gebruik: M. heeft zojuist een handwasje met onderbroeken gedaan en test nu de pers uit! We zijn toch Hollanders, hè. Lekker vers geperste onderfleurtjes, mmmm! Ik hoop maar dat er geen brand van komt, want dan moeten we door het raam naar buiten. Maar we hebben emergency-lights en een looprichel van een meter langs het raam, dus… Het eerste dat ik deed toen we de kamer op kwamen, was het raam open gooien. Maar meteen werd er via de telefoon gebeld en gezegd dat het openen van het raam alleen in noodgevallen was toegestaan! Oeps, daar zit dus ook alweer een hightech sensor op, of zouden er verborgen camera’s in het plafond zitten? Kunnen die Japanners nog lachen!

Zojuist gegeten in een achterafstraatje hier in Kyoto. Typisch Japans eetzaakje met een houten deurtje van een meter hoogte, zodat je half Limbo-dansend binnen komt. Ook hier nergens toeristen. Binnen een eetzaakje van 6 x 5m met houten tafels en krukjes van uitgeholde boomstammen. De in traditionele kledij gehulde serveerster sprak nauwelijks Engels, maar ze begreep dat we pruimenwijn, sake en Japanse kip wilden hebben. Best knap! Specialiteit van het huis waren allerlei gerechten met rundertong, maar dat leek ons meer hondenvoer. Zag er toch wel lekker uit aan de tafel naast ons… Daarna nog een perzik-sorbet gegeten, althans wat daarvoor moest doorgaan: twee bolletjes perzikijs en een kommetje hete groene perzikthee… Lekkere doorsnee Japanse pot, maar wel authentiek en gezellig. Ben benieuwd wat Kyoto nog meer te bieden heeft!